Geschiedenis
Het begin
De Alexandertechniek is ontwikkeld in de jaren 90 van de 19e eeuw door Frederick Matthias Alexander, geboren in Tasmanië in 1869.
Alexanders veelbelovende carrière als jonge acteur werd bedreigd door steeds terugkerende stemproblemen. Hij zocht aanvankelijk hulp bij verschillende doctoren, maar zonder resultaat. Omdat er geen duidelijke medische oorzaak was voor zijn probleem, vatte de gedachte in hem post dat hij wellicht iets verkeerds deed in het reciteren en dat leidde hem tot het idee van onnodige spanningen en verkeerd gebruik van zijn stembanden.
Hij observeerde zichzelf met behulp van spiegels en merkte op dat hij zijn nek spande, zijn hoofd achterover en naar beneden trok en ook zijn strottenhoofd naar beneden drukte. Dit ging gepaard met een hoorbaar naar lucht happen wanneer hij zijn mond opende om te spreken. Dit leek de oorzaak te vormen voor zijn probleem.
Geleidelijk aan werd het duidelijk voor hem dat het een onderdeel was van een groter patroon van spanningen, waarbij zijn gehele lichaam betrokken was. Dit spanningspatroon manifesteerde zich al bij alleen al de gedachte aan reciteren.
Het koste Alexander verscheidene jaren om een uitweg te vinden om zijn gewoontepatronen (van reageren) te veranderen en om te leren hoe hij het optreden van dit schadelijke patroon van 'misbruik' te voorkomen. Daarbij verbeterde zijn gezondheid en zijn functioneren in algemene zin.
Tijdens het verbeteren van zijn stemgebruik, ademhaling en 'presence' op het toneel, kwamen meer ene meer mensen naar hem toe voor hjulp. Vanaf ongeveer 1894 aan, begon hij zijn techniek te onderwijzen in Melbourne, en later in Sydney, totdat het lesgeven zijn belangrijkste werk geworden was..
Een aantal doctoren verwezen patiënten aan hem door. In 1904 bracht hij zijn techniek naar Londen, met aanbevelingsbrieven van JW Steward MacKay, een eminent chirurg in Sidney.
Hij realiseerde een bloeiende praktijk in Londen, publiceerde vier boeken (link naar de boeken) leidde vanaf 1930 ongeveer 80 leraren op in zijn techniek. Hij keerde nooit terug naar zijn geboortegrond Tasmanië, maar bleef lesgeven in Londen tot vlak voor zijn overlijden in 1955.
Erkenning
In London groeide Alexander's reputatie snel. Vooraanstaande studenten waren: George Bernard Shaw, Aldous Huxley and Lillie Langtry.
Een aantal wetenschappers beval zijn methode aan, recognising that Alexander’s practical observaties in overeenstemming waren met wetenschappelijke ontdekkingen in de neurologie en de fysiologie. De meest vooraanstaande studenten waren Sir Charles Sherrington, die tegenwoordig gezien wordt als de vader van de moderne neurologie,
Another Nobel Laureate, Nikolaas Tinbergen, Nobelprijswinnaar voor geneeskunde in 1973, wijde een belangrijk deel van zijn lezing bij het aanvaarden van de Nobel prijs aan het werk van Alexander. Deze voordracht is hier te zien.
Vele doktoren, waaronder Peter MacDonald, die later voorzitter werd van de BMA, waren pleitbezorgers van zijn werk en stuurden patiënten naar hem. In 1939 drong een grote groep medici in de British Medical Journal aan om Alexander’s principes op te nemen in het medisch curriculum.
Door de brede toepasbaarheid trok Alexander’s techniek mensen aan uit allerlei leefgebieden, waaronder bekende politici (Sir Stafford Cripps and Lord Lytton), geestelijken (De Artsbisschop van Canterbury), mensen uit de onderwijswereld en uit de zaken wereld.
Educatie
Alexander verbleef een tijd in de VS, waar hij de filosoof John Dewey (de "vader van het Amerikaanse onderwijssysteem") ontmoette en les gaf.
Dewey onderstreepte dat effectief leren gebaseerd moet zijn op ervaringen uit de eerste hand; Hij liet zijn waardering en enthousiasme voor Alexander's werk blijken door voorwoorden te schrijven voor drie van Alexander's boeken.
It [the AT] bears the same relation to education that education itself bears to all other human activities.
John Dewey (The Use of the Self, p. 12)
Alexander was overtuigd van het belang om zijn techniek op te nemen in het onderwijssysteem. In 1924 richte hij de "Little School" op, geholpen door twee van zijn assistenten, Ethel Webb en Irene Tasker, die ook opgeleid waren door Maria Montessori in Italië. In de school weren kinderen aangemoedigd om de principes van de techniek in alle lessen en andere activiteiten toe te passen.
De kinderen werden geëvacueerd naar de VS gedurende de Tweede Wereld Oorlog en de School is nooit meer voortgezet.
Alexander Technique Teachers
In 1931 startte Alexander een officiële 3-jarige lerarenopleiding, die bleef bestaan tot aan zijn dood op 86 jarige leeftijd.
Drie jaar later, in 1958, richte zijn leerlingen de Society of Teachers of the Alexander Technique (STAT) op, om zijn werk te behouden en voort te zetten (zie About STAT).
Tegenwoordig zijn er wereldwijd 18 beroepsverenigingen aangesloten, waaronder de Nederlandse beroepsvereniging, de NeVLAT (Nederlandse Vereniging van Leraren in de Alexandertechniek).